zondag 6 mei 2012

Cusco - Ayacucho - Huancayo

Na ons Machu Picchu avontuur fietsen we gezapig terug naar Cusco. Het eerste deel van de reis steken we de fietsjes op het dak van een mini-busje, om ons net zoals echte toeristen bovenop een berg af te laten zetten om dan recht naar beneden te fietsen. Geweldig hoor! Onderweg treffen we een roedel honden die ons van alle kanten aanvallen, maar door Bart op vakkundige verbale wijze op hun plaats gewezen worden.  Zelden zoveel staarten tussen de poten en hangende hondekopjes gezien. Hondenproblemen? Wij niet hoor!
We bezoeken nog een laatste Inca-site, maar daarna is het onverbiddelijk de fiets op. Zalig om weer die vrijheid te ervaren na al dat bussen en treinen.

Lobke, Lynn, Hannes, Bart
We worden in La Estrellita begroet door een hele bende fietsers, twee Amerikanen en de geweldige Tom en James uit Engeland. Tom rijdt zelfs op de Continental Travelcontact banden die wij om zeep fietsten, al hebben de zijne nog amper relief. Wij zijn iets minder sportief en kiezen er voor om met de bus uit Cusco te vertrekken. De deadline om in Ecuador te geraken begint zich stilaan te laten voelen, dus moeten we helaas grote stukken bussen. Lobke is meester in het zoeken van de routes die het meeste hoogteverschil hebben, om die dan genadeloos te bussen. In het busstation lopen we zowaar Lynn en Hannes tegen het lijf. Zoals goeie Belgen betaamt gaan we ´s avonds met z´n allen pintjes drinken.

De bus waar we op aanmonsteren is helaas voorzien van een paar spekgladde banden. We gaan er maar van uit dat alles goed zal verlopen, maar na een uurtje rijden begeeft een van de remmen het en kunnen we twee uur staan schilderen aan de kant van de weg. Onze aansluiting missen we ook. We hebben er aanvankelijk weinig vertrouwen in als we terug op de bus kunnen en de chauffeur met een slakkegangetje de bergen begint af te dalen. Gelukkig hebben wij onze fietsen laten zegenen, dus kan ons niets overkomen. We stappen af in Abancay en kiezen er voor om hier de nacht door te brengen. We nemen onze intrek in een proper klein hostalletje recht voor de bushalte, Hostal Paraiso. Wim De Craene moet hier ooit geweest zijn me dunkt!
We verkennen Abancay, dat volledig in het teken van de 139e verjaardag staat. 's Ochtends vinden we een piepklein eethuisje waar een lieve dame zich in alle bochten wringt om de Gringo's te laten ontbijten, terwijl buiten het politie-defile op gang komt. Bie, de drummer van Belgian Asociality, zou een beetje onpasselijk worden bij het zien van zoveel uniformen.

1 / 37
Via een minibusje belanden we weer ettelijke kilometers verder, al ondervindt Lobke's fiets best wat schade van al dat bustransport. De voorband schuurde danig tegen het dak van de minibus, en een bout van de voordrager breekt af. Werk voor Bart! In Andahuaylas treffen we een geweldig hotel waar we een nachtje boeken, en eindelijk nog een keer een warme douche treffen. Die beginnen hoe langer hoe zeldzamer te worden. Lobke gebruikt haar charme en de prijs van het hotel zakt danig. Fijn hoor!
Ook nu is het weer bussen geblazen, al moeten we twee kilometer uit het dorp fietsen om aan de bushalte te geraken. We rijden recht op de chauffeur en zijn assistenten af, die verbaasd vragen stellen over Belgie en fietsreizen. Per ongeluk omzeilen we zo de weegschaal voor de bagage en worden onze fietsen en bagage zonder wegen of bijbetalen in de bus geladen. Dank u Peru!
Na een lange rit zijn wij zowat de enige die uitstappen in Ayacucho. Een beetje onwennig moeten we onze weg vinden door de donkere straten, maar het zicht op de Plaza Central is adembenemend. Disneyland kan er een puntje aan zuigen. We boeken een tweesterrenhotel, maar krijgen weer een koude douche in plaats van een warme. We hopen op beterschap.

Gelukkig man!
Na een miniscuul ontbijt waar zelfs Roger Vandamme van zou zeggen "dat het precies een beetje weinig was" wandelen we door de stad en ontdekken zowaar een Via Via restaurant. We steken er een extra royaal ontbijt naar binnen. Er staat Duvel op de kaart, maar helaas is die uitverkocht. 's Avonds dineren we er nogmaals bij een geweldig lekkere Rochefort 10! En stoofvlees met friet, jawel, al kunnen wij dat ondertussen een pak beter maken (Mario Moors en co, de volgende keer stoverij is bij ons!). We geven `s anderendaags de hoteluitbater naar zijn Peruaanse platvoeten voor de koude douches en krijgen een fikse korting alvorens we weer op onze fietsjes kruipen.

De eerste dag is onze route fijn geasfalteerd, en werken we een gezapige 50 kilometer af om op te warmen. We belanden in Huanta, eigenlijk een schattig dorpje dat zoals vele Peruaanse schattige dorpjes geplaagd wordt door het aanhoudende lawaai van de moto-taxi`s en continue getoeter van de Peruaanse chauffeurs.
Van hieruit begint onze calvarietocht richting Huancayo. We rekenen op drie dagen fietsen, maar eens we het asfalt verlaten belanden we op versleten zandwegen, gravel, wegen die onder water staan en meer van dat ellendigs. Het uitzicht is magistraal, maar wij zitten meestal met onze snufferd op de weg gericht om niet in de ravijn gekaatst te worden. Barts achterband begeeft het na de zoveelste hobbel. en bobbel. Banden vervangen op een richeltje naast de afgrond gaat blijkbaar eens zo vlot. Och, het is onze tweede platte band sinds februari, dus niet eens zo erg. Met veel moeite wringen we 50 kilometer uit de banden, en dan nog belanden we pas na donker in het volgende dorpje. Het enige hostal is er volledig uitverkocht, maar de eigenaar maakt zijn tuinhuisje leeg en laat ons er onze tent opslaan.

Kayakkers en fietsers
We vertrekken `s anderendaags wat vroeger, slaan het middageten over zodat we toch negen uur op de fiets kunnen zitten...met een schamele 45 kilometer als resultaat. De stijgende slechte wegen doen ons zwaar de das om. Onze straatbanden zijn echt niet breed genoeg voor deze slechte wegen. We voelen ons als Justine Henin tussen de bewoonsters van de Playboy-mansion, je voelt dat de verhoudingen niet juist zitten.
Onderweg ontmoeten we wel Pjotr en Boris, die deel uitmaken van het National Geographic team dat voor de eerste keer de rivier `Mantaro` afvaren in een kayak. `s Anderendaags rijden ze ons weer voorbij, ditmaal met de kayaks op het dak. Er worden straffe verhalen uitgewisseld en foto`s gemaakt. Straks staan we nog stoffig in de National Geographic.

3 grote mensen
Na vijf dagen afzien, bloed, zweet en tranen -en die mag u allemaal letterlijk nemen, lieve kijkbuislezertjes- komen we eindelijk aan asfalt, maar de klim van 300 hoogtemeters over vijf kilometer hebben we niet meer in de benen. We vragen kampeerplaats naast de plaatselijke forel-kwekerij. `s Ochtends vatten we onze moed bij de kraag en kruipen we naar boven, om in het eerste dorpje dat we tegenkomen te ontbijten op de plaza. Meteen komt een Peruaanse familie ons de pieren uit de neus vragen, en willen ze onze helm, gitaar, Nutella enzovoort allemaal een keer proberen. Pas als we rechtstaan merken we het grote lengteverschil tussen ons en de Peruanen.

Na het gezellige ontbijt staat ons 20 kilometer  BERGAF te wachten, waarbij Lobke tegen vijftig per uur naar beneden zoeft. Bart zoeft ietsje trager. We amuseren ons geweldig, en belanden in geen tijd in Huancayo. De Casa de Abuela waar we belanden is een prachtige hostel die heel rustig gelegen is. We neem een verdiende warme douche, en geraken aan de praat met twee Kiwi`s die wel heel toffe ideeën hebben voor de volgende kilometers. Wie weet gooien wij onze plannen ook om...spannend!